Op zaterdag 29 april 2012 had een lesdag van de opleiding voor spirituele genezing die ik toen volgde voor mij een geheel onverwacht staartje. ’s Avonds probeerde ik met Leo – mijn echtgenoot – te delen wat er die dag in mij geraakt was … maar in plaats van wat ik van plan was te vertellen, voelde ik ineens iets heel anders… iets dat met angst te maken had…  doodsangst uit mijn jeugd veroorzaakt door extreme ademnood tijdens de vele allergie-aanvallen die ik toen had… Door de gevolgen hiervan voor ons gezin en mijn ouders, was deze ervaring in de loop der jaren ook nog eens beladen met schuld en miskenning. En die zondag mocht ik daar mee aan de slag!

Op die bewust zondag stond onze eerste buitenduik namelijk voor de deur in Zeeland… hoe dichter we de aangewezen plek naderden, hoe groter de spanning werd. Laat ik mij door de angst leiden of door het vertrouwen? Wat een ervaring leverde dat op!

Duiken vraagt: gericht ZIJN in het midden, met behulp van je ademhaling op hetzelfde niveau zien te blijven. Let je even niet op dan sla je òf tegen de bodem (aarde) en beschadig je het leven. Bovendien doe je dan zoveel zand en stof op waaien, dat je binnen een paar seconden letterlijk volledig gesluierd bent in de duisternis. Op zo’n moment komt het erop aan om je angst de baas te blijven en te blijven vertrouwen dat je weer naar het licht geleid zult worden. NIET vanzelf… maar door met al je aandacht gericht te blijven zowel op je ademhaling en het “bijtrimmen” van de hoeveelheid lucht in je trimvest als op je (universele) kompas. Het vergt dus een gelijktijdige gerichtheid op zowel het verticale vlak (verbinding tussen hemel en aarde) als op het horizontale vlak (welke koers vaar ik?).

Stuur of trim je dan te veel of te snel bij (en die neiging heb je, want je wilt toch zo snel mogelijk weg uit die duisternis?), dan stijg je juist weer teveel op (verlies je je “geaard zijn”) en raak je de verbinding met het leven kwijt. WOW… wat een oefening!

Wanneer het je uiteindelijk lukt om “in het midden” te blijven, dan is het adembenemend…wanneer je de krabbetjes en kreeften en anemoontjes voorbij ziet komen – dan ervaar je werkelijk de schoonheid, stilte en rust van de schepping. En dan kost het ook haast geen moeite meer om op koers te blijven.

Toen ik weer aan de kant stond zag ik pas op mijn dieptemeter dat ik 11 meter diep geweest was! Oh my goodness, helemaal geen erg in gehad – wat voelde ik me trots en gezegend met deze ervaring! Ik voelde dat ik iets wezenlijks overwonnen had… en tegelijk iets “geheeld” had uit het verleden.

Al met al dus niet voor niks dat ik aan deze sport begonnen was…